Metrostation Beurs
Tegelijk met de metro, of misschien nog wel iets eerder, krijgt Rotterdam in zijn binnenstad een ondergronds winkelcentrum. Onder de Coolsingel, ter hoogte van de Beurs en de Bijenkorf, komt als onderdeel van het metrostation Beurs een ondergrondse hal, die voor het publiek toegankelijk is via trappen op het Beursplein, voor de Bijenkorf en bij de winkelpaviljoens ter hoogte van de Rotterdamsche Bank. Via de ondergrondse hal zullen voetgangers wellicht veilig kunnen oversteken onder de verkeersstromen van Coolsingel en Van Oldenbarneveltstraat. Zij vinden daar ook de toegang tot de metroperrons, er komen zitjes, telefooncellen, openbare toiletten en misschien ook nog bagagekluizen. Vitrines, paviljoens en kiosken zullen aan de ondergrondse hal het karakter van een winkelcentrum geven.
Ir. A. Veerling, architect bij de afdeling Bouwkunde van de dienst van gemeentewerken, streeft ernaar in het centrum een zo prettig mogelijke sfeer te scheppen. In zijn ontwerp is ruimte gelaten voor decoratieve kunst.
Het station Beurs, waar de metroreizigers in de toekomst op een oost-west lijn zullen kunnen overstappen, krijgt twee stationshallen. De zuidelijke hal, ontworpen op het niveau van de toekomstige oost-west lijn, zal „in den droge” worden gebouwd; de noordelijke hal, die in het bouwdok aan de Blaak in gedeelten zal worden gebouwd, zal later via het metrokanaal naar zijn bestemming worden gevaren.
uit:
Algemeen Dagblad
24 januari 1964