N.V. Schop’s Vleeschwarenfabriek aan de Van Helmondstraat
Velen zullen zich herinneren den strijd welke er is gevoerd tusschen de N.V. Schops Vleeschwarenfabriek alhier en het gemeentebestuur. Genoemde onderneming wilde aan de Rotte een nieuw kantoor- en fabrieksgebouw stichten, welk laatste dan op een achterterrein bij de R.K. Begraafplaats zou komen. Nu verbiedt art. 12 der Bouwverordening het bouwen op binnenterreinen, doch in vele gevallen wordt daar ontheffing van verleend ten behoeve der industrie, welke doorgaans diep en daardoor niet te duur bouwterrein behoeft.
In het geval Schop heeft het gemeentebestuur het genoemde artikel echter gebruikt om de onderneming, welke het in deze omgeving ongaarne zag komen, te weren, en al bleef het bij gebrek aan administratieve rechtspraak dubieus of hier van rechtmatige wetsinterpretatie mocht worden gesproken ook de Kroon heeft Burg. En Weth. Gelijk gegeven na een strijd van een paar jaar.
Toen heeft de N.V. Schop welke in de Warmoeziersstraat sinds lang te klein en bekrompen behuisd is besloten haar nieuwe fabriek elders in Rotterdam te bouwen en zoo kreeg ze daarvoor de beschikking over een terrein van 1.200 vierk. Meter aan de Van Helmondstraat in het industrie gebied in Rotterdam’s uiterste Westen.
De architect Corn. Elffers alhier, die ook in den langen rechtstrijd technisch raadsman der N.V. Schop was geweest ontwierp een nieuwe fabrieksplan, dat nu door de aannemers Gebr. Groenewegen zoo spoedig mogelijk wordt uitgevoerd en vermoedelijk nog in Juli a.s. zal gereed komen.
Aan de straat krijgt de fabriek acher den hierboven afgebeelden karakteristieken gevel haar kantoren, enz. Verder een verkooplokaal, een ontvanglokaal voor slagers, reizigers, enz. Dan de machinehal en de kokerij en ten slotte de koelinrichting met zouterij, koelcel en hangkamer.
Het spreekt vanzelf, dat de nieuwe inrichting, zoowel technisch, als hygiënisch aan up to date eischen zal beantwoorden, terwijl nu al wel vast staat, dat de thans in aanbouw zijnde localiteiten feitelijk voor het snel zich ontwikkelend bedrijf te bekrompen zijn, zoodat van de gelegeneid, welke er nog tot uitbreiding is, spoedig zal moeten worden gebruikt gemaakt.
uit:
Rotterdamsch Nieuwsblad
27 januari 1928